Chiang Khong, grensplaatsje aan de Mekong

Iets voor 7 in de ochtend werden we verwacht bij het busstation om onze weg te vervolgen. Ditmaal naar het grensplaatsje Chiang Khong om daar de volgende dag de oversteek naar Laos te maken. Thailand en Laos wordt hier van elkaar gescheiden door de Mekong rivier. De route van de bus liep eerst terug naar Chiang Mai, dan via een stop bij de witte tempel van Chiang Rai door naar Chiang Khong. In Chiang Rai was het zo heet dat na vijf minuten buiten de bus de zweetdruppels al over mijn rug liepen. De tempel was erg mooi en bijzonder, maar we zijn niet naar binnen gegaan en hebben alleen even de buitenkant vanaf een plekje in de schaduw zitten bekijken.
Om iets voor vijven arriveerden we dan eindelijk in Chiang Khong. Een slaapplek was bij de busreis inbegrepen (650 baht per persoon, zo’n €16), maar we vertrouwden er niet helemaal op dat deze aan onze ‘standaard’ zou voldoen in die zin dat we toch wel graag airco wilden zodat we goed zouden kunnen slapen met dit warme weer en dus boekten we zelf een hotel voor €18. We werden heel hartelijk ontvangen bij het Day waterfront hotel. We kregen meteen een koel drankje in ons handen gedrukt en er werd meteen uitgelegd hoe we het beste de grens konden oversteken en waar we konden eten. Het plaatsje zelf stelt niet veel voor, maar er hangt wel een leuk sfeertje. Terwijl ik dit zit te typen hebben we zojuist heerlijk gegeten bij een simpel tentje tegenover ons hotel (Jam house) en zit ik op het balkon te luisteren naar super valse thaise karaoke muziek van de bar naast ons hotel. Ons balkon kijkt uit op de Mekong rivier en aan de overkant liggen de lichtjes van Laos. Morgenvroeg staan we vroeg op omdat we ook uitgenodigd zijn om mee te feesten met de eerste verjaardag van de nieuwe koning hier in het dorp. De monniken hier gaan dan offers brengen in de tempel of zoiets. Naja, we zien het wel.